Blootstellingsberekening
In een hal wordt met open systemen gewerkt met gevaarlijke stoffen A en B.
Stof A heeft bij 200C een dampspanning van 57 mbar en heeft een wettelijke grenswaarde van 15 mg/m3. 1 mg/m3 is gelijk aan 0,763 ppm.
Stof B heeft bij 200C een dampspanning van 210 mbar en heeft een indicatieve grenswaarde van 200 mg/m3 (H en C-notatie). 1 mg/m3 is gelijk aan 0,41 ppm.
Aanvullende gegevens. Er is geen plaatselijke afzuiging. De ruimteventilatie is 2 à 4-voudig.
Vragen:
1. Hoe groot is de concentratie in de ademzone van medewerkers die met die stoffen werken in mg/m3?
Geef daarbij aan of het wel of niet zinvol is de deelconcentraties in de ademzone op te tellen.
2. Welke stof is gevaarlijker rekening houdend met de grenswaarde en de dampspanning?
Beargumenteer uw antwoord
Meer over Certified Chemical Safety Expert opleiding
De winnaars en de antwoorden worden op donderdag 5 oktober a.s. bekend gemaakt via de email en hier op de Toxic site bij Nieuws.
U kunt uw antwoorden inzenden tot en met woensdag 4 oktober.
- Eerste Prijs
CCSE opleiding twv € 2.449,-
- Vier 2de Prijzen
Gratis CCSE examen twv € 235,-
- Zes 3de pijzen –
Gratis naar vervangingingsbeleidcongres zie www.vervangingsbeleid.nl
Doe mee en vul uw antwoorden in